
Patrick Petersen: Na de AI-bubble schijnt de zon
[AI & Marketing door Patrick Petersen]
Claims richting Midjourney en OpenAI, recente grote copyrightclaims richting Apple, maar toch vooral de groeiende angst in Silicon Valley dat de AI-bubble barst. Hoe? Waarom? Nou, heel simpel: een bedrijf als OpenAI heeft bijvoorbeeld nog nooit winst gemaakt.
Het effect van het barsten van de bubble
Tijdens OpenAI’s DevDay deed topman Sam Altman iets wat Amerikaanse techleiders onder het bewind van Trump maar zelden doen: Altman beantwoordde daadwerkelijk vragen van journalisten. "Het is verleidelijk om het bubbelverhaal te schrijven, er zijn inderdaad veel onderdelen van AI die op dit moment een beetje bubbly zijn."
Sceptici fluisteren het eerst nog voorzichtig in de wandelgangen van venturecapitalfirma’s: misschien, héél misschien, zijn die AI-bedrijven een tikkeltje overgewaardeerd. Maar inmiddels klinkt het ook op straat. "Financiële kunstgrepen", noemt men het, wat een nette manier is om te zeggen: "We tellen geld rond tot het op winst lijkt."
Zelfs Sam Altman, de paus van OpenAI en leider in de markt van AI-chatbotjes, moest toegeven dat sommige investeerders "verkeerde beslissingen zullen nemen" en dat "dwaze start-ups met krankzinnig veel geld zullen wegwandelen." Maar geen paniek, verzekerde hij: "Bij OpenAI gebeurt echt iets."
Kijken naar het verleden zegt dat elke visionair vlak voor de zeepbel knapt.
Zelfs in de tempel van techno-optimisme, Silicon Valley, begint het te knagen. Jerry Kaplan, AI-pionier en ervaringsdeskundige in bubbels (vier stuks al, verzameld in zijn carrière), waarschuwt dat deze keer "de hoeveelheid geld echt krankzinnig is."
Wanneer de bubbel barst, zegt hij, "wordt het echt heel slecht, en niet alleen voor AI." Daarbij zegt professor Anat Admati van Stanford dat je pas weet dat je in een bubbel zat als hij al is gebarsten. Oftewel: je merkt pas dat je geen stoel hebt als de muziek stopt.
Ondertussen vliegen de cijfers vrolijk in het rond. AI was goed voor 80 procent van de groei op de Amerikaanse beurs dit jaar. Gartner voorspelt 1,5 biljoen dollar aan AI-uitgaven in 2025. En ergens, in een vergaderzaal vol PowerPoints, zegt iemand: "Dat lijkt me gezond." Het zijn voorspellingen die vooral investeerders hongerig moeten maken.
De deal der deals der deals
OpenAI, de machine die zichzelf financiert door in de spiegel te kijken, heeft inmiddels een deal met Nvidia van 100 miljard dollar. Een maand later tekent het vrolijk nog een miljardendeal met AMD, Nvidia’s grootste concurrent.
Want waarom kiezen als je het gewoon met iedereen kunt doen?
Microsoft en Oracle gooien er samen nog eens 300 miljard bovenop voor een datacenter in Texas, genaamd Stargate, waarschijnlijk omdat Money Hole te eerlijk klonk.
En Nvidia?
Die investeert dan weer in CoreWeave, dat... juist, infrastructuur levert aan OpenAI.
Het is een prachtig, zelfvoorzienend ecosysteem van geld dat rondjes draait tot het duizelig wordt.
De hamvraag blijft: wie gaat dit feest nog betalen?
Volgens analisten lijkt Nvidia de laatste grote investeerder die nog niet met trillende handen naar de afgrond kijkt.
Maar zelfs als onze huidige AI-ontwikkeling een bubbel is, bouwen we er straks iets moois uit – net als ooit het internet. Het internet kwam ook voort uit een hoop verbrande miljarden. Alleen duurde het twintig jaar voordat er eindelijk iets nuttigs op stond, zoals kattenvideo’s.
--
Patrick Petersen RDM MA MSc is AI-expert gericht op businessautomatisering en ondernemer met zijn bureau AtMost(TV), auteur van meer dan twintig prijswinnende boeken over AI, marketing, online tech en maatschappelijke ontwikkelingen, zoals zijn www.handboek.ai. Bovenal is hij docent en spreker.
Volg Marketing Report op LinkedIn!
Abonneer je op onze gratis dagelijkse nieuwsbrief
Registreer jouw bureau gratis in de Marketing Report reclamebureau database The List
Lees ook:
Patrick Petersen: ChatGPT is slecht voor je brein
Patrick Petersen: Domme taalmodellen zoeken data
Patrick Petersen: Vieze data zijn vieze AI
Patrick Petersen: Klapt u mee met de AI-bubbel?
Patrick Petersen: RIP AI-trendwatchers
Dit artikel is gepubliceerd door: Lieselot Berentzen